De energievoorziening (vooral fossiel) zorgt in Nederland voor het grootste deel van de uitstoot van broeikasgassen. Voor details, zie RIVM, tabel ES. 2: CO2 equivalenten in 2019 waren 150,0 [Tg] van de 185,3 [Tg] = 81% voor de energiesector (Tg = teragram = miljard kilo). Het is dus overduidelijk dat de energiesector radicaal om moet ten gunste van het klimaat. Door een overvloed aan niet-fossiele energie en het stoppen van fossiele subsidies stopt de behoefte aan fossiel.
Elektriciteit is maar een klein deel van de energiebehoefte (CBS in 2021: aardolie 36% en aardgas 42%). Elektrificatie is een deel van de oplossing mits we dat vrij van broeikasgassen kunnen opwekken. Maar het is niet de hele oplossing want wereldwijd hebben we b.v. niet genoeg grondstoffen om de wereldbevolking van elektrische auto’s te voorzien. Het gebruik moet dus ook omlaag.
We gebruiken vooral olie en gas voor energie. Met gedecentraliseerde Thorium gesmolten zout centrales (en innovaties) kunnen we stoppen met fossiel.
Richting de toekomst is het goed om ons energieverbruik te minimaliseren. Ook indirect via de (onnodige) spullen die we hebben. Denk aan:
- Fiets of lopen in plaats van auto, en als je dan een keertje een auto gebruikt, huur die dan of gebruik een taxi service.
- Lokale productie van gewassen en eten wat het seizoen biedt.
- Repareren in plaats van produceren
- Minder vliegvakanties op grijze brandstof
- Warme trui aantrekken in de winter
- Meer bomen in de stad voor verkoeling zodat we geen airco nodig hebben
- Gebruik in plaats van eigenaarschap (auto of duur gereedschap delen). Dit kan zelfs als verdienmodel voor producenten: b.v. verlichting leveren in plaats van lampen, elektra en onderhoud. De producent zal dan lampen maken die lang werken, zuinig zijn en gemakkelijk te repareren. Nu zou je met de perfecte lamp je eigen markt onderuit halen, dus ontwerp je een lamp die kort na de garantie kapot gaat.
- Meer natuurlijke producten (b.v. woningisolatie met hennep of vlas, zie vereniging Eigenhuis)
Een deel is elektrificatie, maar er zijn nadelen van de huidige elektriciteitsvoorziening:
- Fluctuaties in het elektriciteitsnet door zon- en windenergie – het elektriciteitsnet kan het nu nog maar net aan.
- Gebruik van fossiele brandstoffen – het aandeel groene energie is en blijft al jaren veel te laag.
- Afhankelijkheid van landen waar we liever onafhankelijk van zijn zoals Rusland of Qatar.
- Vloeibaar gas (b.v. uit Amerika) kost extra energie (compressie, methaan verliezen en transport). Voor b.v. Noorwegen is dat veel minder, maar het blijft een fossiele brandstof (eindig en CO2 uitstoot).
- Wind en zon kosten grondstoffen (b.v. zeldzame metalen voor de magneten waar we van China afhankelijk zijn), en arbeid (installateur) – allemaal zijn ze beperkt.
- Onbalans over het jaar heen: zomer veel zon, winter veel warmte nodig.
We bewegen al richting elektrificatie, denk b.v. aan warmtepompen en elektrische auto’s. Uiteindelijk zal een groot deel elektrisch zijn, maar ook accu’s, zonnepanelen en windmolens hebben hun nadelen (zoals gebruikte materialen, productie, geluid, afval en gewicht).
Internationaal en nationaal transport is ook een probleem omdat de capaciteit van het elektriciteitsnet nu al beperkend is. Dus opwekken en gebruik decentraliseren (dus minder transport), en zorgen voor een ander transport van energie. Voor een aantal toepassingen is een andere energiedrager nodig. Dit zou waterstof gebaseerd kunnen zijn. Denk b.v. aan vliegtuigen (zie TU/Delft) waar accu’s teveel gewicht hebben. Ook kun je denken aan andere energiedragers zoals metalen of ammoniak.
Er is een oplossing voor warmte/elektrische energie zonder broeikasgassen en andere problemen: gesmolten zout centrales op basis van Thorium (zie b.v. TU/Delft). De voordelen zijn:
- Vrijwel geen uitstoot van broeikasgassen tijdens energieopwekking. En ook het delven van thorium is veel minder milieubelastend dan uranium en hoeft niet verrijkt te worden.
- Stabiliseert het energienet omdat deze snel meer/minder energie kunnen leveren (binnen een minuut). Dit hebben we nodig omdat het dagelijks gebruik fluctueert en de opbrengst van zon en wind veranderlijk zijn (bij huidige centrales op basis van Uranium duurt dat dagen vanwege Xenonvergiftiging).
- Radioactiviteit is na 300 jaar op een natuurlijk niveau (bij huidige centrales op basis van Uranium duurt dat 100.000 jaar). Ook kun je bestaand radioactief afval opruimen.
- De centrales zijn inherent veilig.
- Er is genoeg thorium voorhanden, b.v. in Noorwegen.
- Warmte van de reactor is ook goed bruikbaar in de industrie. Kleinere centrales kunnen decentraal geplaatst worden.
- Nederland kan hiermee innoveren omdat dit een nieuwere technologie is. We doen al vooraanstaand onderzoek hiernaar: TU/Delft en NRG in Petten.
- Nucleair voorkomt veel grondstoffen gebruik t.o.v. wind en zon per opgewekte hoeveelheid energie. Grondstoffen voor de groene revolutie komen uit mijnen in zuidelijke landen waar grote kans is op omkoping, grote schade voor het milieu, slechte arbeidsomstandigheden. En kleine hoeveelheden vragen veel water.
- Wanneer we eerder zijn dan andere landen trekt dit ook mensen aan, en geeft dat een zichzelf versterkend effect. Ook kunnen we een kenniscentrum voor andere landen worden. Hiermee kunnen opkomende economieën de fossiele tussenstap overslaan.
Om een energie transitie te maken van fossiele brandstoffen naar elektrisch is het nodig veel capaciteit te hebben (zodat er genoeg energie is tegen een niet veel hogere prijs). Voor Nederland, en later kunnen we ook energie te exporteren naar omliggende landen. Bedenk wel dat met het opschalen van groene elektriciteit we ook fossiele bronnen afbouwen, want anders is het alleen maar meer, zonder dat we de CO2 problemen oplossen. De technologie die zich baseert op groene energie in overvloed kunnen we binnen Nederland goed ontwikkelen en verkopen aan de rest van de wereld.
Het eigenaarschap van de Nederlandse centrales ligt bij de overheid: basisbehoeften worden door de overheid geregeld. Zo zijn we onafhankelijk van commerciële partijen die alleen geld willen onttrekken, slecht te controleren zijn, vertraging bij de verkoop van rechten, weinig ruimte voor onderzoek na ingebruikname, … Ook de patenten onder overheidscontrole houden zodat we de kennis kunnen verspreiden en evt. winst kunnen maken door licenties af te geven aan bedrijven die zo in andere landen centrales kunnen bouwen. Energie is een basisbehoefte voor alle burgers, dus moet de overheid dat regelen en controleren. Nederland investeert (onderzoek, bouw, risico’s, energieprijs), dus Nederland oogst ook de winst en kan zo het kennispijl verhogen. Ook als het commercieel nog niet concurreert met b.v. gascentrales gaan we door omdat klimaatwinst (CO2 reductie) het doel is.
Zie ook een uitzending van Lubach op zondag over kernenergie.
Concrete oplossingen
Concrete stappen in de energietransitie. Een deel is groene energie te maken, want zonder groene energie hebben een aantal andere oplossingen ook geen zin:
- Snel beginnen met de bouw van de eerste gesmolten zout reactoren op basis van thorium. Eerste centrales vooral voor kenniscentra, snel leren, en daarna snel opschalen. Eigenaarschap van alle centrales ligt bij de overheid (niet bij (buitenlandse) investeringsmaatschappijen). Nederland gaat hier zelf de winst pakken nadat we de kosten van leringen betaald hebben met de eerste centrales. Samenwerken met Europa, maar we laten ons er niet door afremmen. Vieze biomassa centrales (gestookt met hout uit Amerika) kun je vervangen door schone thorium centrales.
- De centrales moeten klein zijn om de hoge kosten en lange doorlooptijd van mega-projecten te voorkomen. Kleine modules kun je ook goed lokaal inzetten bij grote afnemers (steden, industrie) en koppelen met stadsverwarming. Verder kun je kant-en-klare units makkelijk exporteren naar andere landen zodat we de wereldwijde vraag kunnen bedienen. Ook kun je makkelijker leren en verbeteringen in een volgende generatie toepassen. Kosten blijven bij serieproductie ook beter in de hand door minder voorinvestering (goedkope units) en renteverlies, maar bedenk dat kosten niet de reden zijn om naar nucleair te gaan.
- Het sterk opschalen van energieproductie in Nederland zodat we ook buurlanden deels van energie kunnen voorzien (elektrisch en andere dragers). In jaar 0 begint bouw van de eerste 3 centrales, ingebruikname in jaar 1. In jaar 2 bouwen we de 2e generatie waarbij bestaande fossiele centrales vervangen worden. En in jaar 4 opschalen door het hele land met de 3e generatie centrales die door schaalvergroting van de lopende band rollen. Rond 2030 begint de export van overtollige energie (elektrisch, waterstof en chemisch).
- Onderzoek naar aardwarmte in Nederland, maar helaas lijkt de warmte voor Nederland diep te zitten (is dus minder rendabel).
Er zijn ook al een aantal bedrijven die zich op deze markt begeven zoals Copenhagen atomics en Thorizon.
Transport en opslag van energie:
- Onderzoek naar energieopslag, transport en gebruik van energie (zoals waterstof, ammoniak en metalen), met subsidie voor de eerste bedrijven die inspringen, en hulp bij het opschalen (denk b.v. aan kennisdeling, leveringscontracten, regelgeving en vergunningen). Samenwerking van universiteiten, bedrijven en overheid, waarbij de overheid eigenaarschap van de patenten heeft.
- Voorkom transport door productie en consumptie van energie lokaal bij elkaar te houden. Energiecentrales dicht bij gebruikers (industrie, huishoudens) voor elektriciteit en warmte. Kortdurend beprijzen (b.v. per uur) van elektriciteit zodat zonnepaneel bezitters energie gebruiken wanneer er zon is. En op plaatsen van overschot de energie lokaal opslaan.
- Capaciteit van het elektriciteitsnet verhogen. En het bestaande net efficiënter gebruiken door b.v. energieprijs per uur naar klanten door te berekenen. Ook kun je transport via gelijkstroom (i.p.v. wisselstroom) onderzoeken.
- Plannen maken hoe we ons aardgasnet ombouwen naar waterstofnet, gegeven dat er elektrische energie in overvloed is. Hoe migreren we geleidelijk van het aardgas af: oude wijken (wijk voor wijk) over naar waterstofketels voor verwarming, en goed geïsoleerde huizen om naar b.v. warmtewisselaars of warmteopslag. Ook tankstations voor waterstof-gebaseerd vervoer. En Nederland als distributeur van waterstof voor Europa.
Gebruik minimaliseren:
- Beproefde technieken opschalen en gebruiken zoals warmteopslag (opslag in de zomer, gebruik in de winter) in basalt.
- Mensen helpen bij het isoleren van woningen: kennisverspreiding en “isolatieteams” van de overheid die het werk uitvoeren en mensen zorg uit handen nemen tegen gereduceerd tarief. Te beginnen bij slecht geïsoleerde huizen.
- Stoppen met subsidies voor fossiele brandstoffen (b.v. geen belastingvoordeel bij grootverbruik van energie), en extra belasten zodat we de echte prijs betalen, de overheid meer inkomsten krijgt, en de groene revolutie snel plaatsvindt omdat het economisch voordelig is. Huishoudens kun je compenseren met een vast bedrag.
- Industrie werkelijk vergroenen, dus b.v. veel meer biologisch gebaseerd maken. Recycling stimuleren in plaats van grondstoffen importeren.
- Burgers moeten minder nodig hebben: dienst i.p.v. product, geen reclame om overconsumptie tegen te gaan, veel lokaal (zie b.v. Inrichting van Nederland), …
Voor de langere termijn kiezen we voor kernfusie centrales als energiebron. De thoriumcentrales ondersteunen de elektrificatie, en daarna hoeven we alleen maar de centrales te vervangen. Ook bouw je kennis op door ontwerp en fabricage zelf in de hand te houden. Op kernfusie kunnen we nu echter niet rekenen omdat daarvoor te grote technologische doorbraken nodig zijn. Dat gaat nog decennia duren, terwijl we snel moeten ingrijpen.
Koppeling met uitgangspunten
Dit raakt aan de volgende uitgangspunten: